‘Geluk is datgene wat een mens wordt onthouden,’ schrijft Shang Ch’in (geboren in 1930 in de Zuid-Chinese provincie Sichuan) in het gedicht ‘Poes door de muur’. Maar de dichter laat ons de zwaarte van het leven voelen met het nodige gevoel voor humor, zonder een spoortje van sentimentaliteit of wrok. Hij is vooral begaan met de mens, de gevangen mens achter slot en grendel van zijn eigen lichaam, geest en leefomgeving. Moet het geluk altijd elders worden gezocht?
Yang Mu, Ik kom van de zee
ZOMAAR
Zomaar ineens
begin je je zorgen te maken,
zittend tussen de dorre cicadevellen.
Verleden, heden, toekomst,
toekomst?
Je haar wordt met elke wasbeurt lichter,
je huid doorschijnend van liefde,
de piano blijft wat achter.
Je krijgt door dat de thee koud wordt.
Een moment
van verbijstering.
In de tuin
worden de chrysanten kleiner. Je sluit je ogen
om ze niet te zien, en denkt aan je kindertijd.
Het verrassende wilde appelrood, pauwenblauw,
perillapaars, pioengeel,
het geluid van een schaar en polsen
die tegen houten meubels stoten
en dan denk je: als ik oud ben
zal ik me dan nog zo kunnen openvouwen,
zo prachtig kunnen uitspreiden
als een lap zijde op een glanzend oppervlak?